Nieuws
Leefomgeving 6 min read

Op reis met Ms Andreea Staicu - Deputy Head of the tourism unit, DG GROW, European Commission

Inleiding tot de serie

Welkom bij onze interviewserie, waarin we ons verdiepen in het snijvlak van toerisme en transport in een tijd waarin beide sectoren steeds meer onder de loep worden genomen. Europa blijft door de jaren heen de populairste bestemming ter wereld. Met een bevolking van 475 miljoen trok het land in 2022 600 miljoen inkomende toeristen naar Europa[1]. Het is ook een van de populairste bestemmingen voor Europeanen zelf. Aan de ene kant is dit goed nieuws omdat het toerisme bijdraagt aan de economische welvaart van Europa. Aan de andere kant wordt het merendeel van de toeristische reizen gedaan per vliegtuig of per auto, de twee meest vervuilende vervoerswijzen, wat resulteert in hoge emissies van de toeristische sector.

Hoewel reizen een geliefd onderdeel van het leven blijft, is de ecologische duurzaamheid van het toerisme een dringende zorg. Belangrijke vragen rijzen: Welke acties ondernemen verschillende belanghebbenden? Waar liggen de echte knelpunten? En vooral: wat is de weg voorwaarts?

Eén ding is duidelijk: er is een toenemende behoefte aan samenwerking, waardoor de werelden van toerisme en transport dichter bij elkaar worden gebracht. Er is een belangrijke mijlpaal bereikt met de benoeming van een nieuwe commissaris voor Toerisme en Transport, wat een teken is van een nieuwe focus op het aanpakken van deze uitdagingen.

In deze serie interviews, uitgevoerd door Breda University of Applied Sciences en NHL Stenden hogeschool in de periode maart-april 2024, als onderdeel van het CELTH -project ‘Reizen met’, verzamelen we inzichten van verschillende stakeholders. Deze gesprekken werpen licht op de huidige ontwikkelingen in het toeristisch transport en benadrukken de cruciale rol die verschillende actoren spelen (of moeten spelen) in de poging om reizen CO2-vrij te maken.

Nina Nesterova, hoogleraar duurzaam toerisme en transport aan de Breda University of Applied Sciences, reist in de wereld van toerisme en transport met Andreea Staicu, plaatsvervangend hoofd van de toeristische eenheid, DG GROW, Europese Commissie. In dit interview praten ze over de rol van DG GROW bij het vormgeven van het Europese toerisme en de prioriteiten voor samenwerking tussen de transport- en toeristische sectoren.

[1]Inbound tourism in Europe - statistics & facts | Statista

Kunt u de rol van DG Grow introduceren bij het vormgeven van het Europese toerisme?

“Binnen de Europese Commissie is DG GROW het directoraat dat zich bezighoudt met de interne markt en in het bijzonder het MKB (kleine en middelgrote ondernemingen) ondersteunt. Voor het toerisme werken we vooral aan de veerkracht, het concurrentievermogen van het toerisme en ook aan de vergroening en digitalisering van het toerisme. Dat hebben we gedaan via het Transitietraject Toerisme[1], dat in 2022 mede tot stand is gekomen, samen met belanghebbenden uit de sector, van de nationale, lokale en regionale overheden. Later heeft de Raad de Europese Agenda voor Toerisme 2030[2] aangenomen, met acties gebaseerd op het Transitietraject. Onze eenheid volgt al deze acties en de uitvoering ervan op. En we promoten Europa ook als eerste bestemming wereldwijd. Over het geheel genomen is het de missie van de Europese Commissie om het optreden van de lidstaten en dat van de regionale en lokale autoriteiten aan te vullen.”

In 2022 publiceerde DG GROW het Transition Pathway for Tourism, waarin de belangrijkste noodzakelijke voorwaarden, acties en doelstellingen worden beschreven om een groene, digitale en veerkrachtige toeristische sector in Europa te verwezenlijken. Wat is de DG GROW-definitie van de groene transitie in het toerisme?

“Als we het hebben over groen toerisme, denken we aan het promoten van duurzame transportmiddelen: het promoten van het gebruik van het spoor, actieve vervoerswijzen, maar ook scooters, elektrische fietsen enzovoort. En ook, heel belangrijk, het openbaar vervoer, dat beschikbaar is in Europa. Vrij recentelijk hebben we op Europees niveau de Europese Verklaring over Fietsen[3] aangenomen, in de hoop het fietsen in Europa aan te moedigen.”

Welke rol speelt transport van, naar en binnen Europa volgens u in de ontwikkeling van duurzaam toerisme?

“Transport speelt een zeer belangrijke rol, omdat het, afhankelijk van het soort reis dat iemand maakt, meer of minder verantwoordelijk kan zijn voor de uitstoot van broeikasgassen. Tegelijkertijd is het toeristische ecosysteem zeer complex. Naast transport moeten we denken aan accommodatie, horeca, attractieparken, culturele activiteiten, enzovoort. 

De Europese Commissie heeft in 2021 de Fit for 55'-wetgeving aangenomen, die vorig jaar is bekrachtigd door de Europese Raad en het Europees Parlement. We hebben dus een zeer goed raamwerk en specifieke doelstellingen om aan te werken.”

Op dit moment wordt de groei van de Europese uitstoot door het toerisme voornamelijk bepaald door de vliegtuiguitstoot van de langeafstandsvluchten naar Europa en de groei van de uitstoot door het uitgaande toerisme, die blijft groeien. Welke oplossingen ziet DG GROW om de groei van het toerisme te ontkoppelen van de uitstoot van toerisme?

“Zowel de groei van het toerisme als de verbetering van de duurzaamheid van het toerisme zijn belangrijk. Dat kan gebeuren volgens de koers en doelstellingen die wij hebben voorgesteld in het Transitietraject voor Toerisme en ook in lijn met de doelstellingen die de lidstaten en de regio’s voor zichzelf vaststellen. Vanuit dat oogpunt speelt de afhankelijkheid van het luchtvervoer een belangrijke rol. Hierbij richten wij ons op de drie belangrijkste werkgebieden:

  • Toenemend gebruik van duurzame vervoerswijzen, zoals elektrische mobiliteit, actieve mobiliteit en toename van het gebruik van duurzame vliegtuigbrandstoffen voor de luchtvaart.
  • Stimuleren van toeristen om deze vervoermiddelen te gebruiken.
  • Het delen van beste praktijken onder de bestemmingen en bedrijven uit de toeristische sector, over hoe hun actieplannen worden geïmplementeerd om de doelstelling van duurzamer transport te bereiken.”

Er wordt erkend dat transport- en auto-ecosystemen een directe impact hebben op het vermogen van het toeristische ecosysteem om groener, digitaler en veerkrachtiger te worden. Wat is de voortgang van het werk onder Thema 6 ‘Duurzame mobiliteit’ binnen het Transitietraject voor Toerisme?

“In januari 2024 hebben wij het eerste inventarisatierapport voor het transitiepad toerisme[4] gepubliceerd. We kunnen heel wat vooruitgang zien onder thema 6, namelijk ‘Duurzame mobiliteit’. We zien dat aanbevelingen aan de lidstaten over de ontwikkeling van SUMP’s (Duurzame Stedelijke Mobiliteitsplannen) voor minstens de helft van hen prioriteit krijgen. Zij voeren deze strategieën op nationaal niveau uit. Het allerbelangrijkste is dat belanghebbenden aan hun eigen actieplannen werken en lokaal doelstellingen voor/van zichzelf opstellen.

Van diverse bedrijven hebben wij toezeggingen ontvangen. We hebben bijvoorbeeld een belofte ontvangen van Ryanair, waarin ze beloven dat ze in 2030 ongeveer 12% duurzame brandstoffen zullen gebruiken. We hebben zeer interessante toezeggingen ontvangen van regionale autoriteiten, bijvoorbeeld uit de regio Pays de la Loire, waarin ze beloven leider te worden op het gebied van intermodaliteit (trein, touringcar, boot, fiets), waardoor alle bestemmingen in dit gebied met duurzame transportmiddelen bereikbaar zijn. We zien dus behoorlijk wat mobilisatie rond dit onderwerp.”

Het toerisme heeft aan de ene kant invloed op de vervoerssystemen, en aan de andere kant is het er sterk afhankelijk van, waarbij gebruik wordt gemaakt van alle vervoerswijzen op elke schaal: stedelijk, voorstedelijk, landelijk, nationaal en internationaal. Bent u van mening dat de kenmerken van toeristische reizen en aanvullende vereisten voldoende zijn geïntegreerd in het beleid over duurzaam vervoer, TEN-T en stedelijke mobiliteit?

“Op deze aspecten werken we nauw samen met onze collega's van DG MOVE en volgen we alle wetgeving rondom TEN-T, evenals de regelgeving die is aangenomen in het kader van het Fit for 55-wetgevingspakket. Vanuit het perspectief van het Transitietraject is het belangrijk ervoor te zorgen dat het bezoekersperspectief wordt geïntegreerd in de SUMP's die steden opzetten.”

Hoe werkt DG GROW samen met belanghebbenden op het gebied van transport en mobiliteit en beleidsmakers op het gebied van transport, naast de samenwerking met DG MOVE?

“We hebben verschillende manieren waarop we samenwerken en goed naar belanghebbenden luisteren. Binnen het Transitietrajectproces verzamelen en publiceren wij de toezeggingen. Dat doen we minimaal twee keer per jaar. We organiseren ook een aantal evenementen, bijvoorbeeld een evenement voor belanghebbenden op het gebied van toerisme dat minstens één keer per jaar plaatsvindt, waar allerlei soorten belanghebbenden, waaronder belanghebbenden uit de transportsector, hun beloften komen toelichten. Ook brengen we diverse belanghebbenden samen tijdens de Europese Dag van het Toerisme. Tenslotte is er een online platform, dat we momenteel ontwikkelen binnen DG Grow. Dit platform zal alle belanghebbenden voorzien van informatie over alle onderwerpen waarin zij geïnteresseerd zijn en zal het mogelijk maken om informatie uit te wisselen met andere gelijkgestemde belanghebbenden, om te zien welke beloften en best practices zij kunnen delen, om een idee te krijgen over de financiering en de projecten die eraan komen en ook netwerken.”

Welke rol spelen de onderwerpen van het CO2-vrij maken van toeristisch vervoer en toeristische mobiliteit bij de DG GROW-expertgroep Together for EU Tourism-expertgroep?

“Deze expertgroep kent drie subgroepen. Eén ervan richt zich op de groene transitie van het toerisme. Dit onderwerp maakt deel uit van de discussies binnen deze groep, resulterend in de concrete acties en resultaten waarmee we rekening moeten houden bij de volgende voorstellen die we doen.”

Wat zijn, afgezien van de SUMP's, de samenwerkingsonderwerpen op het gebied van toeristisch vervoer tussen DG GROW en DG MOVE?

“We kunnen deze samenwerking samenvatten rond drie hoofdonderwerpen: transportinfrastructuur en ontwikkelingen op het gebied van hogesnelheidsspoorwegen, de opvolging van de bestaande regelgevingskaders en plannen voor duurzame stedelijke mobiliteit.”

Kunt u iets meer vertellen over de samenwerking rond het spoorvervoer en de ontwikkeling van het Single European Railway-gebied?

“Deze onderwerpen hebben voor ons prioriteit. Uit de resultaten van de Eurobarometer[5] 2021 blijkt dat 38% van de toeristen duurzamer wil reizen. Reizen per trein is de eerste duurzame reisroute door Europa. Daarom volgen wij de ontwikkelingen van de TEN-T spoorprojecten op de voet. De trein is ook belangrijk voor de plattelandsgebieden, en voor de meest afgelegen gebieden waar het moeilijker is om op een andere manier aan te komen. Tegelijkertijd zijn we ons ervan bewust dat sommige plaatsen in Europa, zoals de ultra perifere gebieden of eilanden bijvoorbeeld, op geen enkele andere manier kunnen worden bereikt dan per vliegtuig. Wij zijn dan ook van mening dat het vergroten van het spoorgebruik en de duurzame stedelijke mobiliteit deze specifieke regio’s zullen compenseren.”

De transportsector speelt een belangrijke rol in het toerisme, maar het toerisme zelf kan een rol spelen in de modale verschuiving naar duurzame vervoerswijzen. Wat kan de toeristische sector volgens u zelf doen om de afhankelijkheid van langeafstandsreizen en het gebruik van vliegtuigen te verminderen?

“We zien een verandering in de voorkeuren van het toerisme na de COVID-19-pandemie: veel meer reizigers zijn geïnteresseerd in lokaal reizen in hetzelfde land. Uit de resultaten van de Eurobarometer blijkt dat reizigers er steeds meer de voorkeur aan geven om in hetzelfde gebied of in hetzelfde land te reizen en dit met meer respect te willen doen tegenover de lokale gemeenschappen die ze bezoeken. Uit gegevens van Eurostat blijkt dat ongeveer drie op de vier toeristische reizen in hetzelfde land worden gemaakt – een interessante verschuiving en trend om waar te nemen. Bestemmingen werken steeds meer aan duurzame mobiliteitsplannen, aan infrastructuur en aan het ontwikkelen van een multimodaal transportaanbod voor toeristen.”

In welke mate en hoe kan DG GROW de toeristische sector ondersteunen bij deze verschuiving naar duurzame vormen van toerisme?

“Wij zorgen ervoor dat de kennis gedeeld wordt. Wat door bepaalde bestemmingen en bedrijven wordt gedaan, wordt breed verspreid om het bewustzijn te vergroten. We zorgen er ook voor dat toezeggingen worden verzameld en gedeeld, zodat bestemmingen van elkaar kunnen leren.”

Welke kansen ziet u voor verdere samenwerking en gezamenlijke acties tussen DG MOVE en DG GROW om de duurzame agenda’s van beide sectoren te ondersteunen en om synergie te bereiken door elkaar te helpen het doel van een netto nul uitstoot in 2050 te bereiken?

“Ik denk dat wat echt belangrijk is, is dat er rekening wordt gehouden met het bezoekersperspectief door besluitvormers en ook door de particuliere sector wanneer zij duurzame acties en plannen ontwikkelen. DG GROW werkt nauw samen met collega's van DG MOVE om deze boodschap over te brengen en we zien steeds vaker dat het bezoekersperspectief wordt meegenomen in de duurzame vervoersplannen voor de bestemmingen.”

Wat is uw visie op de toekomst van toeristische mobiliteit en uw wens voor duurzaam toeristisch vervoer?

“Ik ben uiteraard zelf een reiziger. Voor mij is het belangrijkste dus om in heel Europa goede treinverbindingen te hebben. Dat toeristen duurzaam kunnen reizen naar elke plek en elke bestemming. Meer nachttreinen waarmee we van de ene plaats naar de andere kunnen gaan. En om naadloos te kunnen betalen, zonder vooraf verschillende kaartjes te kopen. Dat zou dus mijn wens zijn voor duurzaam toeristisch transport.”

[1] European Commission: Directorate-General for Internal Market, Industry, Entrepreneurship and SMEs, Transition pathway for tourism, Publications Office of the European Union, 2022, https://data.europa.eu/doi/10.2873/344425

[2] Council of the European Union: European Agenda for Tourism 2030, 15441/22 COMPET 969 TOUR 78

https://data.consilium.europa.eu/doc/document/ST-15441-2022-INIT/en/pdf

[3] Official Journal of the European Union: European Declaration on Cycling, ST/6215/2024/INIT

http://data.europa.eu/eli/C/2024/2377/oj

[4] European Commission: Directorate-General for Internal Market, Industry, Entrepreneurship and SMEs, Transition pathway for tourism – Taking stock of progress by 2023, Publications Office of the European Union, 2024, https://data.europa.eu/doi/10.2873/775069

[5] Flash Eurobarometer 499 (Attitudes of Europeans towards Tourism, Autumn 2021)

European Commission; Directorate General Communication, COMM.A.3 ´Media monitoring and Eurobarometer´ doi:10.2873/035869